Mijn vorige blog (eind 2019) sloot ik af met een open blik op 2020: twee NK's en een mooie marathon in Berlijn. Wat ik toen nog niet wist, is dat het land spoedig op slot zou gaan door Corona en dat het nog anderhalf jaar zou duren voordat ik weer aan de start stond van een officiele wedstrijd. En vrij snel nadat de klad in de wedstrijdkalender kwam, kwam die ook in het schrijven van blogs. Hoewel wedstrijd na wedstrijd werd afgelast en er in de hardloopwereld (net als daarbuiten) steen en been werd geklaagd over maartregelen en varianten, bleef de atleet in mij gemotiveerd en trainde ik stug door in de wetenschap dat al die arbeid uiteindelijk wel ergens verzilverd zou worden.
Intrinsieke motivatie is een beest! Wanneer ik spreek met mensen die minder inensief sporten als ik, kijkt ik heel geregeld de vraag of ik dan ook altijd zin heb om te gaan lopen. Mijn antwoord is altijd volmondig: Ja. En daarvan is elke letter gemeend. Ik heb altijd zin om te lopen, altijd zin om te trainen. Uiteraard kan ik opzien tegen dingen: als het giet van de regen, als ik weet dat het lactaat tijdens de volgende baantraining door mijn lichaam zal gieren... Maar dat neemt niet weg dat ik gewoon zin heb om te gaan. De schoenen aan de voeten, het horloge opstarten en lopen. Elke training is een kans om beter te worden. Dat motto schiet standaard door mijn hoofd in de eerste 500 meter van mijn training.
Ik weet dat intrinsieke motivatie niet iets is dat elke atleet van nature heeft. En daarom koester ik het deste harder. Tijdens de lockdown(s) sprak ik menig atleet die mentaal aan de grond zat. Geen wedstrijd, geen doel... Waar doe je het dan nog voor? Wat is immers de waarde van goede vorm als je die nergens kunt laten zien? Als je je niet kunt meten met je concurrenten? De gefrustreerde reactie van mijn mede-atleten wanneer weer het volgende evenement werd afgelast was mij totaal vreemd. Natuurlijk loop ik graag wedstrijden en heb ik liever dat ze doorgaan. Maar wedstrijden brengen ook spanning en prestatiedruk met zich mee. En daar kan ik prima zonder.
Is er dan helemaal niks noemenswaardigs gebeurd in de tijd dat het virus het land regeerde? Jawel hoor! In twee zelf georganiseerde time trials heb ik, weliswaar officieus, mijn PR op de 5 en de 10km aangescherpt naar respectievelijk 15'54 en 32'40. Het doorbreken van de 16 minuten grens op de 5 en onder de 33 minuten duiken op de 10 stonden al sinds mijn laatste blog op mijn virtuele verlanglijstje. Ik ben ontzettend blij met de wetenschap dat ik dat blijkbaar kan. Maar het waren natuurlijk geen officiele wedstrijden, dus het moet nog een keer over op een gecertificeerd parcours. Blijkbaar is extrinsieke motivatie mij ook niet vreemd.